Betekening en kennisgeving van stukken (herschikking)

Oostenrijk

Inhoud aangereikt door
Oostenrijk

BEVOEGDE GERECHTEN/AUTORITEITEN ZOEKEN

Met onderstaande zoekfunctie kunt u rechtbanken/autoriteiten vinden die voor een bepaald Europees rechtsinstrument bevoegd zijn. Hoewel we er alles aan hebben gedaan om de resultaten betrouwbaar te maken, kunnen we onvolkomenheden niet uitsluiten.

Oostenrijk

Betekening en kennisgeving van stukken


*verplichte invoer

Artikel 3, lid 1 — Verzendende instanties

Uit hoofde van artikel 3, lid 1, van Verordening (EU) 2020/1784 van 25 november 2020 inzake de betekening en de kennisgeving in de lidstaten van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke of in handelszaken (de betekening en de kennisgeving van stukken) zijn de verzendende instanties in Oostenrijk de districtsrechtbanken (Bezirksgerichte), maar ook alle andere gerechten, zodra zij bijvoorbeeld gerechtelijke stukken moeten betekenen of ter kennis moeten geven als gerecht dat ten gronde oordeelt (Prozessgericht).

Artikel 3, lid 2 — Ontvangende instanties

Uit hoofde van artikel 3, lid 2, van Verordening (EU) 2020/1784 van 25 november 2020 inzake de betekening en de kennisgeving in de lidstaten van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke of in handelszaken (de betekening en de kennisgeving van stukken) zijn de ontvangende instanties in Oostenrijk uitsluitend de districtsrechtbanken.

Artikel 3, lid 4, punt c) — Wijze van ontvangst van stukken

Zelfs nadat de verplichting om op grond van voornoemde verordening te betekenen of ter kennis te geven stukken, aanvragen enz. te verzenden via het gedecentraliseerde IT-systeem op basis van e-CODEX (artikel 5, lid 1, in samenhang met artikel 37, lid 2, van de verordening), van toepassing is geworden, kunnen in geval van verstoring van dit IT-systeem (artikel 5, lid 4) de voordien reeds beschikbare mogelijkheden, te weten verzending per post, via andere bezorgdiensten (bijvoorbeeld per koerierdienst), per e-mail en per fax, worden gebruikt voor de verzending van te betekenen of ter kennis te geven stukken, aanvragen enz.

Artikel 3, lid 4, punt d) — Talen die kunnen worden gebruikt voor het invullen van het modelformulier opgenomen in bijlage I

Behalve in het Duits mogen de formulieren ook in het Engels worden ingevuld.

Artikel 4 — Centraal orgaan

Het centrale orgaan zoals bedoeld in artikel 4 van de verordening is, voor heel Oostenrijk, het

Bundesministerium für Justiz

Museumstrasse 7

1070 Wenen, Oostenrijk

Tel.: +43 1521520

Fax: +43 1521522727

E-mail: team.z@bmj.gv.at

Artikel 7 — Bijstand bij het achterhalen van adressen

De adressen van personen aan wie in de Republiek Oostenrijk betekening of kennisgeving moet worden gedaan, kunnen als volgt worden achterhaald (artikel 7, lid 1, punt c)):

Binnen het Oostenrijkse ministerie van Binnenlandse Zaken bevindt zich het centraal persoonsregister (Zentrale Melderegister, ZMR). Het betreft een openbaar register waar alle personen in staan die in Oostenrijk zijn geregistreerd, met vermelding van hun hoofdverblijf en, in voorkomend geval, hun tweede woning of woningen, naargelang van het geval. In het centraal persoonsregister staan de identiteitsgegevens (bijvoorbeeld: naam, geslacht, geboortedatum, ZMR-nummer, nationaliteit enz.) en de gegevens over de verblijfplaats van de geregistreerde personen. De registratie of uitschrijving van een verblijfplaats in Oostenrijk is verplicht.

Inschrijvingen in het ZMR worden verricht door de verschillende registratieautoriteiten (Meldebehörden), bureaus van de burgerlijke stand (Standesämter) en staatsburgerschapsbureaus (Staatsbürgerschaftsstellen) in de steden en gemeenten van Oostenrijk. Alle autoriteiten (lokale autoriteiten (Bezirkshauptmannschaften), politieautoriteiten enz.) hebben toegang tot het ZMR. Op verzoek hebben ook door het federale ministerie van Binnenlandse Zaken erkende banken, verzekeraars, advocaten, notarissen enz. er rechtstreekse toegang toe.

Iedereen kan (tegen betaling) bij de registratieautoriteiten de registratiegegevens (Meldeauskunft) opvragen van iemands hoofdverblijf.

Om iemand anders te lokaliseren kunnen zowel natuurlijke personen als rechtspersonen gegevens verkrijgen over in het ZMR ingeschreven personen door de registratiegegevens van het hoofdverblijf van deze persoon op te vragen. Geboortedata kunnen alleen worden opgevraagd door personen die een executoriale titel tegen de betrokkene(n) over kunnen leggen.

In de regel worden alleen gegevens verstrekt over iemands hoofdverblijf. Als de persoon van wie de gegevens worden opgevraagd, geen huidig geregistreerd hoofdverblijf heeft, worden gegevens verstrekt over het laatste uitgeschreven hoofdverblijf.

Voor het verkrijgen van registratiegegevens moet de persoon van wie de gegevens worden opgevraagd, voldoende geïndividualiseerd worden aan de hand van bepaalde kenmerken, zodat vermeden wordt dat de gegevens van meerdere personen worden gevonden. Om de gegevens te verkrijgen moeten voor- en achternaam van de betreffende persoon worden opgegeven en ten minste een aanvullend kenmerk aan de hand waarvan de persoon eenduidig kan worden geïdentificeerd (bv. geboortedatum, geboorteplaats, nationaliteit of vorig adres).

De bevoegde autoriteit is de registratieautoriteit, dus het gemeentekantoor (Gemeindeamt), in statutaire steden (Statutarstädten) het stadsbestuur (Magistrat), en in Wenen het gemeentelijke districtskantoor (Bezirksamt).

Registratiegegevens kunnen informeel persoonlijk, per post of via internet worden opgevraagd.

Het verzoek om registratiegegevens kan online worden ingediend op de ZMR-website op het adres oesterreich.gv.at. Daarbij zijn een geactiveerde burgerkaart (Bürgerkarte) en een elektronisch betaalmiddel nodig. De gevraagde gegevens worden verstrekt zodra het administratief recht is betaald. Het administratief recht bedraagt op dit moment 3,30 euro en moet ook worden betaald voor opzoekingen die geen eenduidig resultaat opleveren.

Voor het verkrijgen van registratiegegevens is een officiële identiteitskaart met foto nodig. In het geval van een schriftelijke aanvragen moet het originele officiële document of een door een notaris of rechtbank gewaarmerkte kopie worden bijgevoegd.

Voor een schriftelijke aanvraag wordt 14,30 euro in rekening gebracht. De kosten voor de gegevens bedragen 2,10 euro voor opzoekingen in het lokale bevolkingsregister en 3,30 euro voor opzoekingen in het ZMR.

Artikel 8 — Verzending van stukken

Behalve in het Duits mag formulier A ook in het Engels worden ingevuld.

Artikel 12 — Weigering om een stuk te aanvaarden

Er zijn geen vertalingen bekend die rechtbanken zouden kunnen hebben laten maken.

Artikel 13 — Datum van betekening of kennisgeving

Stukken zoals bedoeld in artikel 12, lid 5, of artikel 13, lid 2, lijken in het Oostenrijkse recht niet te bestaan.

Artikel 14 — Certificaat van betekening of kennisgeving en afschrift van het stuk waarvan de betekening of kennisgeving is verricht

Het certificaat (formulier K) mag worden ingevuld in het Duits of in het Engels.

Artikel 15 — Kosten van betekening of kennisgeving

Er hoeft geen vaste vergoeding te worden betaald.

Artikel 17 — Betekening of kennisgeving door diplomatieke of consulaire ambtenaren

Oostenrijk verzet zich niet tegen betekening of kennisgeving overeenkomstig artikel 17, lid 1.

Artikel 19 — Elektronische betekening of kennisgeving

Oostenrijk heeft geen aanvullende voorwaarden vastgesteld voor de betekening of kennisgeving per e-mail overeenkomstig artikel 19, lid 1, punt b), in samenhang met artikel 19, lid 2, van Verordening (EU) 2020/1784 van 25 november 2020 inzake de betekening en de kennisgeving in de lidstaten van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke of in handelszaken (de betekening en de kennisgeving van stukken).

Artikel 20 — Rechtstreekse betekening of kennisgeving

Rechtstreekse betekening of kennisgeving van gerechtelijke stukken door de deurwaarders, ambtenaren of andere bevoegde personen van de aangezochte lidstaat wordt door het Oostenrijkse recht niet toegestaan.

Artikel 22 — Niet-verschenen verweerder

Niettegenstaande artikel 22, lid 1, mogen Oostenrijkse rechters uitspraak doen onder de voorwaarden van artikel 22, lid 2.

Voor de indiening van een verzoek om alsnog een rechtsmiddel te kunnen aanwenden geldt in de Republiek Oostenrijk geen termijn in de zin van artikel 22, lid 4, laatste alinea.

Artikel 29 — Verband met overeenkomsten of regelingen tussen lidstaten

Zoals de federale ministers van Justitie van Duitsland en Oostenrijk reeds bij schrijven van 23 februari 2009 hebben laten weten, wat betreft Verordening (EG) nr. 1393/2007, blijven tussen Duitsland en Oostenrijk de volgende bepalingen van toepassing:

In het kader van wederzijdse rechtshulp, voor zover deze ook betrekking heeft op de betekeningen, blijven de Bondsrepubliek Duitsland en de Republiek Oostenrijk de overeenkomst toepassen die hun regeringen op 6 juni 1959 hebben gesloten met het oog op verdere vereenvoudiging van het rechtsverkeer overeenkomstig het Verdrag van Den Haag van 1 maart 1954 (bekendgemaakt in het Oostenrijkse federale staatsblad (Bundesgesetzblatt für die Republik Österreich) nr. 27/1960 en in het Duitse federale staatsblad (Bundesgesetzblatt ) 1959 II blz. 1523).

Artikel 33, lid 2 — Kennisgeving van het eerder gebruik van het gedecentraliseerde IT-systeem

Daarvoor bestaan op dit moment nog geen concrete plannen.

Laatste update: 15/06/2023

De verschillende taalversies van deze pagina worden bijgehouden door de betrokken lidstaten. De informatie wordt vertaald door de diensten van de Europese Commissie. Eventuele aanpassingen zijn daarom mogelijk nog niet verwerkt in de vertalingen. De Europese Commissie aanvaardt geen verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid met betrekking tot informatie of gegevens in dit document. Zie de juridische mededeling voor auteursrechtelijke bepalingen van de lidstaat die verantwoordelijk is voor deze pagina.